You are here: >>> Reizen >>> Zuid-Italië
Zuid-Italië
De Eilanders van Zuid-Italië
Eilandbewoners zijn het, de Italianen ten zuiden van Rome. Daarom dat Bossi van Zuid-Italië af wil? Voor hem drijven ze best weg…
Aan de oostkust bezochten we o.a. het schiereiland Gargano, Bari, het binnenland (Matera e.a.) en de kusten van de hak (Puglio). Daarna volgden we de westkust noordwaarts.
Een eilandcultuur zonder buren, zonder spiegel, enkel de zee als aanschijn voor het individuele zijn. (lang geleden dat ik nog zo abstract leuterde. Even de academicus in me schofferen.)
Deze eilanders spreken één taal. Kijken enkel Italiaanse en lokale tv. Kennen wel heel wat Engelse (Amerikaanse) songs. Maar weinig Franse chansons. En Bach?
(Rudy Carrell stierf de dag dat we in Duitsland sliepen).
Toch stompt m.i. een cultuur af en plooit op zichzelf wanneer het niet de sauzen van anderen toelaat om de eigen gerechten van smaak te voorzien.
Modern Art heeft aan Puglio (de hiel van Italië) nog een vette kluif. Europa is veraf. Weinig (bijna geen) moderne werken in publieke ruimten. Gidsen die het enkel over het verleden hebben. Na de zoveelste Normandische kerk weet je wel dat zij in de middeleeuwen in de laars van Italië zaten om met de bruutheid van een Leeuwenhart de streek in te palmen en te bestieren. Normandiërs combineerden het flamboyante van de Iberiërs met Engels raffinement.
De dorpen hebben meestal een middeleeuwe kern met enge steegjes waar eerder arme gezinnen leven die op straat hun middagmaal nuttigen, tussen de was en de te drogen gelegde pasta's.
Pierre en Martine, twee Walen (jonge vijftigers) en hun oudere zonen en een neef. Zij zaten aan onze tafel in een camping onder de olijfbomen.
Zij werkt als psychologe op een van de weinige instellingen in België waar poetsvrouwen en artsen evenveel verdienen en ook evenveel gewaardeerd worden. Ze houdt zich bezig met psycho-analyse van patiënten.
Hij heeft nog in een commune geleefd in Frankrijk (mei 68) en werkt als interieurdesigner.
Een boeiende avond met innige momenten en open discussies. Geestesgenoten. Woonachtig in dezelfde provincie als wij: Forcer l’Avenir de Liège.
Waarin verschillen Walen van Zuid-Italianen?
Walen laten zich onderdompelen in de Franse media-cu(l)t. De Zuid-Italianen hebben enkel de Berlusconi-zenders, het succes van de Azuri in het voetbal en een ongelofelijke eetcultuur. Ongelofelijk op het vlak van volume dat in het eigen lichaam gepropt wordt, en ongelofelijk kwaliteits- en smaakvol.
Zij stonden ook in Leuca, de uiterste zuidpunt van Puglio: Ditte en haar gezin.
Het weekblad Libelle werd dus gelayout vanop een Italiaanse camping in het uiterste zuiden van de hak van Italië. En ook het nieuwe decor van de VRT-verkiezingsshow (gemeenteraadsverkiezingen van oktober as.) kreeg groen licht dankzij een gsm-verbinding waarmee e-mails opgehaald werden. Mobilhomes zijn moderne kantoorruimten. Al was dit Antwerps koppel op zoek naar hotspots. Hun dochters vonden die op de springplanken van het zwembad.
Leuk om tijdens de afwas te keuvelen met freelancers ("Zestien nv") die de media van binnenuit kennen. En gewoond hebben in de straat waar ik mijn jeugd doorbracht. En hun hart verloren hebben aan Portugal, ook al een land waar in het zuiden Afrika begint…
Het fiasco van de Mamma-cultuur
Zuid-Italiaanse zonen worden hun hele jeugd, maar ook de decennia erna, door hun moeders in de watten gelegd. Ze komen te raden op hun schoot en (zo gaat de roddel) hebben geen geheimen voor hen. En ze eten uit hun ruif, tot ver voorbij ze zelf vijftig zijn. En dit soms dagelijks (vaak over de middag) terwijl de ega het avondeten voor hen zal klaarzetten. En dit in ruil voor het opvangen van mamma wanneer ze niet meer voor zichzelf kan zorgen. En dat is vaak ver voorbij haar zeventigste.
Mamma (oma) wast, kookt, serveert, ruimt af en doet de vaat. Geen traan wordt gelaten, geen spier vertrokken. Zo moet er geleefd worden volgens de tradities. Maar de nieuwe generatie vrouwen zal zich sneller in de schaduw van een olijfboom neerzetten en luieren.
Sommige families verblijven de volle twee maanden op een camping en hun echtgenoten vervoegen hen tijdens de weekends, waar ze zich dan ook laten bedienen en als het hen uitkomt van de kinderen ontdoen. De oudere mannen dutten de hele zater- en zondagnamiddag, gelegen in een klapstoel, in de schaduw van een boom.
De mamma-cultuur heeft vreemde gevolgen. Heel wat Zuid-Italiaanse mannen gedragen zich als verwende kinderen. Ze zijn het gewoon door iemand verzorgd en bediend te worden en ze zijn het gewoon dat de meeste van hun verzuchtingen ook uitgevoerd worden. Zo gedragen ze zich dus ook in het verkeer en op straat. Als in een cocon verrichten ze daden; en steeds staat het eigen zelf centraal. Niet dat ze iemand anders niets gunnen; nee, hun attitude is niet negatief tegenover de Ander; ze komen er gewoon niet toe stil te staan bij wat die Ander misschien van hen zou verwachten. Een vorm van fijngevoeligheid en attentheid is hen vreemd. Soms lijken ze wel voorgeprogrammeerde robotten die recht op hun doel afgaan zonder in te schatten welke gedragswijzigingen dat heeft voor anderen. En dat is het gevolg van de mamma-cultuur die de zoon zijn hele leven op een piëdestal plaatst. In het zuiden van Italië is Jezus niet de gekruisigde, maar de aanbeden zoon. Alleen gedragen deze Jezussen zich nogal egocentrisch. En houden ze er weinig gedachten op na.
Het geeft alvast een voorsmaakje van wat het China van binnen twintig jaar zal zijn, wanneer een hele generatie zal bestaan uit volwassenen die enig kind waren. Ikke, en de rest moet maar even wachten.
Paestum, en de Griekse tempels
Om Landuyt te laten watertanden…
Een antropologisch ingestelde minister van Verkeer (d.w.z. iemand die de verkeersregels aanpast aan het gedrag, en niet andersom te werk gaat), komt met een klein budget toe in Zuid-Italië.
Verkeerslichten? Weg ermee. Rood licht wil voor de Zuid-Italiaan zeggen: doorrijden, maar wel even opletten. Een dubbele doorlopende streep op de grond? Niet meer schilderen, dus besparen op werkuren en verf, want zo’n lijn wil zeggen: haal gerust in, maar let wel even op. Voetgangers die oversteken? Gewoon negeren. Een voorrangsbaan oprijden vanuit een zijstraat? Even met de halve auto op de hoofdbaan gaan staan, en dan kan je zo voorrang afdwingen. Voorsorteren links dient dan weer om snel op te trekken en als eerste rechtdoor te rijden.
Ik maak een belangrijke bedenking: moeten stadsgenoten van Noord-Afrikaanse of Zuid-Europese komaf, m.a.w. mensen die een rijgedrag hebben zoals hierboven omschreven, in Brussel of Antwerpen hun gewoonten kunnen botvieren (zoals socio-demografen en sommige antropologen stellen), of dienen zij zich qua rijdgedrag aan te passen aan onze regels die bv. wel rekening houden met “zwakke” weggebruikers.
Sterker nog: is beschaving niet het overwinnen van het darwiniaanse natuurmodel waarin de zwakke geëlimineerd wordt… Zal de EU ooit de Napolitanen dwingen om te stoppen voor overstekende voetgangers of blijven deze aanzien worden als wild…? Of zal de Unesco dit gedrag voor altijd bevriezen en bewaren.
Of moeten wij de poëzie van het typische koesteren?
Zuiderlingen bewegen in de buitenwereld alsof ze een eenpersoons-mini zijn.
Ja, veel mini’s gezien en Smarts en driewielers (en een ezel met kar). En scooters. Ze ontsnappen aan je aandacht, maar ze claxoneren wel als ze denken dat je hen niet gezien hebt. Dus ze kunnen toch het gedrag van anderen inschatten en laten inwerken op het hunne. Al is claxoneren natuurlijk nogal primitief, zou Mulisch stellen.
Laat maar, zo belangrijk is het niet.
Let the image speak.
Eco-logica
Zuid-Italianen leven in perfecte harmonie met de natuur; zoals ook dieren doen, of de Romeinen deden, en vandaag vele Afrikanen. Ze bekommeren zich niet om afval. Autostrades zijn geborneerd met plastic flessen. Vuilniszakken liggen met honderden op een berg; en dit zowat om de kilometer. Zwerfdieren voeden zich ermee. Afval is een cultureel uitwerpsel in de regio van Napels.
Ecologie vereist een inspanning. Een mentaliteitswijziging. Consumeren is leuk, maar recycleren en even nadenken vooraleer men het raampje opendraait en de asbak of wat dan ook buiten kiepert, is niet aan de Zuid-Italianen besteed.
En natuurlijk heeft de maffia ook een vinger in de pap te brokken. Zij controleren in en rond Napels de omhaling van vuilnis. Wie betaalt, heeft een propere straat. Burgmeesters die dit spel van afpersing niet meespelen, zitten met een overlast van stank, ratten en bergen plastic zakken.
Zij stonden er naast ons: twee Sloveense koppels met twee mobilhomes en vier kinderen. Ze vragen ons waar ze wild kunnen kamperen. Ljubljana is hun thuis. Slovenië heeft geen zee (op 47 km na, maar voor hen telt die blijkbaar niet), maar wel bossen en meren die de moeite zijn.
Ze hebben het communisme nog gekend. Is het nu beter? De mannen bekijken mekaar en zeggen dan: niet echt. Elk systeem heeft z’n voor- en nadelen. Ze zullen wel zien wat de toekomst brengt. Zo onzeker hun toekomst is, zo doortastend zijn ze in hun contacten. Twee Nederlandse gezinnen (en daarmee zijn alle niet-Italianen op deze camping gelegen aan de monding van de Sele in de Baai van Salerno opgesomd) worden door de Slovenen opgezocht. Een van hen zijn Amsterdammers met twee kids. Ze wonen in een rustige buitenbuurt. Onze kids hebben vriendjes.
YMCA
Camping-Italianen: ze dansen ’s ochtends op het strand (behalve op zondag); ze dansen ’s avonds in de bar. Follow the Leader. Left & Right. YMCA, uit volle borst. Bij enkelen een souplesse in de beweging, maar bij allen het kopiëren van tv-clips.
Ze weten niets van de controverse in de jaren 70: YMCA was een song pro homoseksualiteit. Mogen de jeannetten in Italië huwen? Kinderen krijgen? Worden ze eindelijk niet meer als potten bestempeld? Ik betwijfel het. Il Pope is er tegen. Viva Zapatera.
Maar de performers met de zwarte snorren en de motorpakjes hebben dus meer dan twintig jaar later een massa vrouwelijke fans (van 7 tot 57). Tja, het kan verkeren, zei Bredero. Of is er niks veranderd? Toch wel, niet? De context is anders. Toen stond haast niemand op een Italiaans strand te swingen op YMCA. Nu wil iedereen dubbele fun. Ook al ademt de sfeer geforceerdheid. Toen dienden stranden nog niet voor dat soort zaken.
Veronderstel ik, al was ik in 80 wel in Italië. En heb die song nergens gehoord. Umberto Tozzi des te vaker (en ook nu ben ik Ti Amo eenmaal tegengekomen).
Maar goed, ik ging toen nog niet naar de elf-uur sessies in het strandwater op hype campings. Ik verkende Venetië samen in een tentje met een Antwerpenaar. Mohammed. In Florence namen we elk een kwart van een lsd-kartonnetje. De stad lag aan onze voeten toen we erin afdaalden… Ik zou ‘em es moeten opsporen, mijn oude stadsgenoot. “Willy, jij doet alsof ik een gewoon mens ben”. Ik keek hem verwonderd aan.